Speerpuntcluster Catalisti voor duurzame chemie en kunststoffen

Biedt de industrie volop kansen

Vlaanderen zet in op een innovatieve, marktgerichte chemische- en kunststofindustrie, klaar voor de duurzaamheidsuitdagingen. Hier liggen de opportuniteiten voor de industrie. Innoveren en valoriseren door sectoroverschrijdend samenwerken staan voorop, zegt Jan Van Havenbergh, algemeen directeur van de nieuwe speerpuntcluster organisatie Catalisti. Die is het vervolg op de competentiepool Fisch. “Belangrijk is uit te gaan van de competenties van de industrieën en kennisinstellingen met steun van de overheid.”

Tot nu toe zijn meer dan honderd bedrijven, sectorfederatie essenscia vlaanderen, alle Vlaamse universiteiten, de kennisinstellingen Vito (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek), Centexbel (het onderzoekscentrum voor de textielindustrie) en Bio Base Europe Pilot Plant bij Catalisti aangesloten. Haar algemeen directeur Jan Van Havenbergh legt uit dat deze nieuwe speerpuntcluster de draad opneemt van de afgelopen competentiepools Fisch, Flanders Innovation hub for Sustainable Chemistry en Flanders’ PlasticVision (FPV).

Meerwaarde

Catalisti werd een week voor kerst onder ruime belangstelling, vanuit de industrie en de kennisinstellingen, boven het doopvont gehouden. De industrie was duidelijk de vragende partij voor een vervolg op Fisch. “De behoefte voor marktgericht, innovatief, collectief en coöperatief (met slechts enkele bedrijven) onderzoek was duidelijk,” weet Van Havenbergh, die tot het eind algemeen directeur was van Fisch. “We waren binnen Fisch al enkele jaren bezig met onderzoeksprojecten die innovatieve en economische meerwaarden opleverden.” Volgens hem is de vermindering van de overheidssubsidie van 80 procent naar 50 procent van ondergeschikt belang. Het vertrouwen in de speerpuntcluster blijkt ook uit de bereidheid om significant hogere, jaarlijkse lidmaatschapsbijdragen, tot 25.000 euro, te betalen. “Bedrijven mogen dan ook terecht het nodige van ons blijven verwachten,” benadrukt Van Havenbergh. “We zien dat zitten: we hebben de nodige middelen en mooie duurzaamheidsdoelstellingen. Zoals de verdere ontwikkeling van hernieuwbare chemicaliën, de valorisatie van reststromen, de ontwikkeling van duurzame producten en materialen en procesintensivering.” De circulaire economie is hier de drijfveer die bovendien de verschillende speerpuntclusters voor de logistiek, materialen, smart energie en agrovoeding verbindt.

Om verder te lezen klik hier